Zelfstandige naamwoorden zijn namen van zaken, concrete dingen, abstracte dingen, mensen, dieren, fenomenen, handelingen, kwaliteiten, soorten, individuen enz... Zelfstandige naamwoorden krijgen in het Esperanto een O-uitgang:
- tablo - tafel = naam van iets concreets
- hundo - hond = naam van een diersoort
- saĝo - wijsheid = naam van een kwaliteit
- amo - liefde = naam van een gevoel
- kuro - geloop = naam van een handeling
- martelado - hameren = naam van een handeling
- Petro - Piet = naam van een persoon
- Jokohamo - Jokohama = naam van een stad
Op de zelfstandig-naamwoord-O-uitgang kan een meervouds-J-uitgang volgen, en een accusatief-N-uitgang. Men kan beide ook combineren, maar de J moet altijd voor de N komen:
tabloj | tablon | tablojn |
hundoj | hundon | hundojn |
Men kan de zelfstandig-naamwoord-uitgang vervangen door een afkappingsteken, maar enkel als er geen J of N op volgt: hund' = hundo, saĝ' = saĝo, am' = amo, kur' = kuro, Jokoham' = Jokohamo.
Gebruik van zelfstandig naamwoorden
Zelfstandige naamwoorden, of meer bepaald zinsdelen met een zelfstandig naamwoord als hoofdwoord, fungeren in zinnen vooral als onderwerp, object, bepaling of vocatief, maar zij kunnen ook fungeren als aanvullende beschrijving of predicatieve beschrijving van een ander woord:
-
La bona virino trankviligis sian soifon. - De goede vrouw milderde haar dorst.
Het zinsdeel la bona virino, met als hoofdwoord het zelfstandig naamwoord virino, fungeert als onderwerp.
-
Mi vidas leonon. - Ik zie een leeuw.
Het zelfstandig naamwoord leonon fungeert als object (en heeft daarom de accusatief-N).
-
Ludoviko, donu al mi panon. - Lodewijk, geef mij een brood.
Het zinsdeel Ludoviko fungeert als vocatief.
-
Sur la fenestro kuŝas krajono kaj plumo. - Op het venster ligt een potlood en een pluim.
Het zelfstandig-naamwoord-zinsdeel sur la fenestro fungeert als bepaling van plaats (en heeft daarom het voorzetsel van plaats sur).
-
La dentoj de leono estas akraj. - De tanden van de leeuw zijn scherp.
Het zelfstandig-naamwoord-zinsdeel de leono fungeert als een bezittelijk bijvoegsel van een zelfstandig-naamwoord-zinsdeel la dentoj (en krijgt daarom het voorzetsel de).
-
Mi estas muzikisto. - Ik ben muzikant.
Het zelfstandig naamwoord muzikisto fungeert als een predicatieve beschrijving van het subject mi.
Zelfstandig-naamwoord-achtige woordjes
Sommige van de woordjes in het Esperanto kunnen fungeren als een zelfstandig naamwoord in een zin, maar zij krijgen geen O-uitgang. Dergelijke woordjes zijn de persoonlijke voornaamwoorden, de tabelwoorden op U en O, de namen van de Esperantoletters, de telwoorden en het woordje ambaŭ.
Ook bijwoorden van hoeveelheid kunnen fungeren als een zelfstandig naamwoord.
Eigennamen
Volledig naar het Esperanto omgezette eigennamen krijgen altijd de O-uitgang: Anno, Petro, Teodoro, Mario... Ook niet naar het Esperanto omgezette eigennamen zijn zelfstandige naamwoorden, maar zij krijgen gewoonlijk niet de O-uitgang: Anna, Peter, Theodore Roosevelt, Marie Curie, Deng Xiaoping. Bij dergelijke namen kan men de accusatief-N weglaten, zelfs als de functie in de zin principieel een dergelijke uitgang vereist. Meer details in de verklaring van de N-uitgang.